Hoger Instituut voor Sociale Studiën
De pappies en de mammies van het HISS
Zeepreventorium
Home » Hoger Instituut voor Sociale Studiën » Pappies en mammies
Home » La vie de tous les jours » Pappies en mammies
Voor de kinderen was het hoofdkenmerk van het Zeepreventorium zijn schoolkussens en zijn individueel onderwijs, aangepast aan ieder kind. Maar even belangrijk waren de pappies en de mammies van de HISS. Deze twee instellingen zijn kenmerkend voor het preventorium.

La particularité du préventorium marin est sans conteste son enseignement à la carte, donné sur des coussins. Mais les pappies et les mammies du HISS étaient tout aussi importants. Ces deux institutions étaient les pierres angulaires de la méthode d'enseignement du prévent.

Pappies en mammies


HISS gebouw


De lessen in het HISS-gebouw
(prof. Fernand Alexander en Dr. Jean Flahaut vooraan)

Algemene staff, bovenste rij: Mevr. Michiels, Mevr. Dobbels, Dhr. Feytens, Mevr. Nysters, Mevr. Moreaux, Dhr. Van Houtte, Mevr. Corné Dhr. Corné.
Onderste rij: Mevr. Flahaut, Mevr. Degraeve, Dhr. Degroote, Dhr. Asaert, Dhr. Vidts, Dhr. Roelant, Dhr Sinnaeve.


Leszaal in de HISS, de befaamde
conversationpit


De grote conferentiezaal aan de ingang van het HISS werd zaal Paul 't Felt genoemd.

De HISS was de kweekschool voor 'sociale accidenten' zoals wij toen de pappies en mammies noemden. Dankzij deze slimme zet kreeg het preventorium daardoor toegang tot goedkope werkkrachten die voor de begeleiding van de kinderen zorgden als de school gedaan was. Terwijl wij les volgden in het hoofdgebouw, kregen de pappies en mammies les in het HISS gebouw, het bungalow volledig rechts aan de ingang. De pappies en mammies waren niet altijd even bekwaam, maar het waren onbetaalde arbeidskrachten, die altijd ingezet konden worden. Er was één professionele begeleider (Francis, AKA pappie takkebos) voor onze leefgroepen, later zou Erik Mussely bijkomen. Een tijdje kleefde zelfs "HIPO" aan de naam: Hoger Instituut voor Pedagogiek en Onderwijskunde (of iets van die strekking). Het waren specialisatieleergangen op zaterdag (voor pappies en mammmies die er maar niet genoeg van konden krijgen), wat wij nu avondonderwijs zouden noemen.

Ik zal mij altijd pappie Theo (Theo Vandenplas) herinneren, die er maar niet in slaagde onze groep in bedwang te houden. Van alle pappies is hij de enige die ik mij het best kan herinneren: hij had een ronde Guust Flaterachtige hoofd met een belachelijk snorretje. Dagelijks werden we verplicht uren in de rij te staan (voor de refter, voor de speelplaats, voor de sektie, voor de slaapkamer, voor de douche, om het even waar). Samen met Wim Henkens en Etienne Lambert speelden we "robot": op een onverwacht moment een plotse, zo opvallend mogelijke beweging maken. Van zodra hij zijn aandacht verslapte was er wel iemand die een grap uithaalde (of een robot kwam in beweging) en wij mochten opnieuw wachten. Wij leden blijkbaar allemaal aan ADHD (attention deficit-hyperactivity disorder) van zodra we gelijd werden door pappie Theo. Zoals Theophyline werkt AFSTAND… FIX! maar goed als het met mate gebruikt wordt. Andere sekties staken ons voorbij in de refter, in de linnenkamer, overal, en wij maar in de rij blijven wachten. Vandaar dat ik nu een hekel aan wachten heb. Ik heb laatst gehoord dat Theo een verantwoordelijke funktie bekleed bij de brugse ocmw. Waarschijnlijk is hij verantwoordelijk voor dans en sport bij de vijfde leeftijd.

De opvoeding door de pappies en mammies was wisselvallig. Je had heel goede opvoeders, vol moed, idealen en energie (doorgaans betekende dit dat er sport en spel op het programma van de namiddag stond), maar je had ook studenten die de HISS gebruikten als een goedkope manier om aan een diploma te geraken (dit betekende dus dat de pappie een boek in de duinen ging lezen en ons op het strand achterliet. Voor mij geen problemen, ik kon uren naar de zee zitten kijken). Eigenlijk had ik dus liever slechte opvoeders, die mij tenminste gerust lieten.

De opvoeders waren studenten, slechts een paar jaar ouder dan de kinderen die ze moesten begeleiden (of begelijden in het geval Theo), en of ze goed of slecht waren, dat wist je maar op het einde van de rit, als ze hun examens moesten afleggen. Wie goed was kreeg een job buiten het prevent en die zag je niet meer terug, wie slecht was mocht zijn jaar overdoen (en wij mochten de mislukte opvoeder nogmaals meemaken). Als de student dat ons toegewezen was gebuisd was, dan konden we het duidelijk voelen aan de sfeer, tot in de sections. AFSTAND...FIX!

Vanaf het tweede jaar kregen de studenten een “presalaris” (een aalmoes, zeg maar, dat promt in bier werd omgezet in 't Wrak). Om voor de kinderen te zorgen, om het gras van Villa KOS af te rijden, om de auto van Alexander te wassen, om onderhoudswerken te doen,...

Dat deze onderwijsvorm nochtans als zeer positief ervaren werd (de mening van de kinderen werd echter niet gevraagd), bewijst het feit dat de instelling bleef bestaan tot in 2001. De HISS moest gesloten worden omdat het te kleinschalig was (de studenten zitten nu in Oostende waar ze zich niet meer nuttig kunnen maken voor de maatschappij). En HIPO staat eigenlijk voor Hoger Instituut voor Psychologie en Orthopedagogiek. In welk opzicht orthopedagogie verschilt van gewone pedagogie is mij een raadsel (ik hoef het ook niet te weten, ik wil niet weten aan welk soort rare snuiters ik blootgesteld ben geweest).

In het zeepreventorium is niets "normaal" te noemen. De lessen die de mammies en de pappies moesten volgen werden in een klein auditorium gegeven, de befaamde conversation pit, iedereen gezeten op een soort verhoogje dat als stoel moest dienen. Het zeepreventorium was ver vooruit op zijn tijd, de conversation pit is het zoveelste bewijs (voor de tweedejaars studenten, de eerstejaars moesten het stellen met kussens zoals in het lager en middelbaar onderwijs). Normale stoelen en banken waren verbannen. De foto rechts toont de vorm van de zaal, gezien vanop de plaats van een student van de HISS. Deze opmerkelijke opstelling werd gebruikt tot aan de sluiting van de school (2001).


Het gebouw van de HISS wordt nu (2006) in gereedheid gebracht om tijdelijk onderdak te bieden aan de medische diensten, terwijl het medisch paviljoen vervangen wordt.

Les pappies et les mammies étaient bons pour toutes les tâches. C'est d'ailleurs pour cela qu'ils logeaient dans les chambres sous le toit: toujours prèts à être appelés pour l'une ou l'autre corvée. Les pappies dormaient dans les combles du batiment Solvay, les mammies dans celles du pavillon médical (l'échelle d'incendie a souvent servi pour les échanges extra-scolaires!). Le prévent disposait ainsi d'une main d'œuvre bon marché: c'est grâce à cela que le prévent a pu subsister et même s'aggrandir, alors que les autres préventoria sombraient dans l'oubli les uns après les autres.

Les pappies et les mammies n'étaient pas toujours à la hauteur de la tàche. Nous avions de très bons éducateurs plein d'enthousiasme et d'entrain (cela signifiait en général beaucoup de jeux et de sport l'après midi), mais nous en avions aussi pour qui le prévent était un moyen bon marché pour obtenir un diplôme (ils nous lachaient à la plage et allaient lire un livre dans les dunes). S'ils étaient capables ou pas, nous ne le savions qu'à la fin, lors des examens. Les bons réussissaient et partaient, nous laissant avec les moins bons. Une sélection naturelle à l'envers dont nous étions les victimes.

Hieronder ziet u de foto's van de proclamatie van 18 september 1965.

Les photos ci-contre sont celles de la proclamation du 10 septembre 1965.

06.03.2010 - 17:18:59 Chau Julien
Beste,
Behorend tot de allereerste lichting van het Hiss, een paar kleine correcties:
1. De lessen werden niet in het medisch paviljoen gegeven maar in de klaslokalen van de school van de kinderen. Er werd gezocht naar een lokaal dat vrij was, en that was it. De allereerste lichting heeft trouwens nooit les gehad in het "nieuwe" schoolgebouw.
2. De gepubliceerde foto's zijn niet deze van de proclamatie van 1965. Wel werd tijdens deze proclamatie de nieuwe uniformen voorgesteld (dat zijn de foto's). Men heeft gewacht tot die eerste lichting verdween om een reglement, uniformen e.d. in te voeren.
3. De "Algemene Staff" was niet specifiek van het HISS, maar van het totale Zeepreventorium (medisch dienst - lagere scholen - Hiss - enz).

06.03.2010 - 20:26:01 callenaere frans
Hello Julien,

Blij eindelijk eens een reaktie te lezen van iemand uit de beginperiode. Had al de indruk dat ge allen Alzheimerproblemen had.
Als ge zegt dat er in de beginne les gegeven werd daar waar men een leeg lokaal kon vinden wijst er wel op dat in het begin de direktie er op een zeer amateuristische manier tewerk ging. Eigenlijk ging het er om de studenten in de groepen te laten werken. De lessen aan diezelfde studenten was ondergeschikt. Geleidelijk werden de lessen jaar na jaar toch beter georganiseerd. Toch is het zo dat in 1966 de lessen wel degelijk in de Helio gegeven werden. Als eerstejaars hadden we les in het lokaal waar later Alexander zijn bureau zou van maken.
De fotos met de nieuwe uniformen zijn effektief niet deze van de afgestudeerden van '65 daar Micheline Dobbels (2e van rechts) slechts in 1967 afgestudeerd is.
De Algemene Staff was wel diegene waar er met alle geledingen van het prevent over een patiënt gesproken werd (vb. Taylor Michael) maar elke woensdag werd er in de 70-er jaren een staff gehouden met personeel van het ZPM en G.Born.

07.03.2010 - 08:12:48 Marc Doigny
Op de kaft waar de foto's lagen stond geschreven: “proclamatie HISS 18/09/65”. Het kan zijn dat daarmee bedoelt wordt dat dit de proclamatie is van de lichting van 1965.
De Tritonzaal werd trouwens dit jaar gebouwd. Ik heb zojuist een overzichtfoto bijgevogd.

14.03.2010 - 13:10:20 Chau Julien
Dag Frans en Marc,
Bedankt voor jullie reacties. Het is inderdaad zo dat de contacten met de allereerste promotie altijd een beetje los gestaan hebben van de andere. De mensen van dit jaar zijn nadien ook alle kanten "uitgevlogen". Wat het leslokaal betreft: het is mij achteraf duidelijk geworden dat het "medisch paviljoen" na onze periode verhuisd was naar "Helio Marin" vandaar de begripsverwarring. Dat het er in het begin amateuristisch aan toe ging was een feit. Zo werd het eerste jaar opgestart met een advocaat Mt. De Meester als directeur (ik geloof die is later priester geworden). Na 6 maanden had die het voor bekeken, en daar zaten we dan. We wisten met het paasverlof (?) niet eens of er nog een school was of niet. We zijn dan ook collectief gaan uitkijken naar uitwijkmogelijkheden. Een verhaal op zichzelf. We werden ook tamelijk goed "uitgeknepen": een volledig uurrooster (45 u )als opvoeder (ons jaar heeft trouwens allemaal ook een diploma "opvoeder" behaald), en ca. 20 u. les (voormiddag ook zaterdag). Weekends: vrij: 1 om de 2 weken. Geen vakanties - enz. Ik ben waarschijnlijk de enige van mijn jaar die nadien nog geruime tijd met het Zeepreventorium verbonden geweest ben. Een 10 tal later ben ik trouwens deel gaan uitmaken van de beheerraad van de VZW's Jeugdzorg en Vrienden van het Preventorium. Ik heb dus nog één en ander van de "andere zijde" meegemaakt. Ook heb ik Prof. Alexander persoonlijk leren kennen - alhoewel met hem was je nooit zeker. De laatste weken van zijn leven heb ik intens meebeleefd en heb toch een enigszins een andere perceptie van wat er allemaal gebeurd is. Jullie kunnen mij altijd contacteren via mijn e-mail: julien.chau@telenet.be

03.11.2010 - 21:19:58 Leo Lauwers
Met de HISS in De Haan zijn er voor mij enkele leuke herinneringen verbonden.

Ik was in Juli 1964 als maatschappelijk assistent afgestudeerd aan de sociale hogeschool in Heverlee. Het laatste jaar had ik als stagiair in “Vrij en Vrolijk” in Brasschaat gewerkt. In Brasschaat werkte een opvoeder die tevoren in De Haan als opvoeder gewerkt had. Als ik dan van “Vrij en Vrolijk” weg ging gaf hij me de tip dat er aan de HISS een plaats als praktijk-begeleider vacant was. Ik solliciteerde op die vacature en kreeg na een kort gesprek met Dr. Alexander prompt die baan.

Ik begon aan de HISS in oktober 1964. Mijn taak bestond er vooral in de studenten van de HISS tijdens hun werk te begeleiden. Wat betekende dat ik de studenten in hun groepen ging opzoeken en met hen over hun moeilijkheden bij het werk te praten. Ik vond dat niet erg effectief omdat ik toch maar weinig van hun dagelijks werk persoonlijk kon beleven en vond dus niet dat ik voor hen een echte hulp was. Heel wat interessanter vond ik een ander deel van mijn taak. Ik gaf ook les in de “praktijk van het maatschappelijk werk”, wat betekende dat we samen over verschillende inhoudelijke concepten van het maatschappelijk werk konden discuteren. In die tijd begonnen zo stilletjes aan progressievere doelstellingen en methoden van pedagogiek en maatschappelijk werk op te komen, waar de studenten toch tamelijk aan geïnteresseerd waren. Ik deed dit werk erg graag en vond het een belangrijke taak, jongere studenten een modernere en menselijkere visie op ons beroep te helpen ontdekken. Maar mijn verblijf in De Haan duurde niet lang, want ik werd na ca. zes weken door Dr. Alexander op staande voet ontslagen. En dat kwam zo:

's Avonds na het werk gingen de opvoeders, de studenten en enkele in het preventorium wonende HISS-leraars in een soort “bar” die in een kelder was ingericht. Het “Wrak” bestond toen nog niet. Men kon er goedkoop drank krijgen en er stond een jukebox waar de nieuwste hits op liepen. Natuurlijk werd er in de late uren ook gedanst. Tijdens de dag droeg ik, zoals alle medewerkers, een soort trainingspak in een kleur naargelang je taak. Maar 's avonds in de kelderbar waren wij natuurlijk in privé kleding. Ik droeg gewoonlijk een bluejeans en een wit nylonhemd, wat in die tijd nogal “modern” was en nog lang niet overal geaccepteerd werd. Maar het was in mijn vrije tijd, dus kon ik dragen wat ik wou ... dacht ik. Maar Dr. Alexander dacht er anders over.

Op een mooie dag kwam Dr. Alexander tamelijk laat op de avond eens in de kelderbar kijken. Ik was er ook en droeg dus mijn privé kleding. Dr. Alexander keek mij tamelijk merkwaardig aan maar zei niets. Een paar dagen later was hij er weer. Hij kwam naar me toe en zei dat hij het niet goed vond hoe ik gekleed was. Hij vond dat een leraar van de HISS zich ook in zijn vrije tijd op een manier zou moeten kleden, die respect van zijn studenten verdiende. Dus verwachtte hij van mij dat ik, zoals de andere leraars, een behoorlijk pak met een das zou dragen. Ik gaf hem op een heel beleefde manier te verstaan dat ik binnen de werktijd een absoluut correcte dienstkledij droeg en mij tegenover de studenten ook volledig correct als leraar gedroeg, maar dat dit mijn vrije tijd was en ik me in mijn vrije tijd kon kleden zoals het me beliefde. Dr. Alexander verwittigde mij dat hij “maatregelen” zou moeten treffen indien hij me in de kelderbar nog een keer in deze kledij zou zien. Ik was er op school en in mijn familie steeds toe opgevoed openhartig mijn eigen gedacht te zeggen en mijn mening trouw te blijven. Dus antwoordde ik dat, als hij me nog eens een keer in deze kledij zou willen zien, hij maar eens de volgende dag moest terug komen. De volgende dag was ik er, zoals afgesproken, gekleed zoals gewoonlijk. Dr. Alexander was er ook. Hij zei niets, maar dag daarop kreeg ik al dadelijk na het ontbijt de mededeling, dat ik om tien uur in het bureau van de baas moest komen.

Dr. Alexander maakte het kort: hij herhaalde zijn mening en zei dat hij in dit punt niet zou toegeven en hij me op staande voet ontslag moest geven. Ik zei hem dat ik eveneens bij mijn vroeger mening zou blijven en in geen enkel geval zou toegeven. Maar dat hij nu een keer de baas was en dus de macht had mij buiten te zetten, wat ik hem verder ook niet kwalijk zou nemen. Wij hebben op een heel vriendelijke manier afscheid van elkaar genomen, maar ik was dan wel mijn baan kwijt.

Een paar weken later kreeg ik een goede baan als “commissaire de bord” op een passagiersschip van de “CMB”, zo dat ik er helemaal geen spijt van had dat Dr. Alexander mij ontslagen had. Maar die zes weken aan de HISS hebben een grote invloed op mijn later loopbaan gehad, want het heeft mijn interesse aan de opleiding van maatschappelijk werkers gewekt. Een taak waar ik later met veel enthousiasme een groot aantal jaren aan geweid heb.

Ik woon sinds 1966 in Duitsland, waar ik een instelling voor bijkomende opleidingen in systemische methoden voor maatschappelijk werk opgericht heb. Intussen ben ik wel al enkele jaren gepensioneerd, maar af en toe geef ik nog wel eens les in de bijkomende opleiding van jonger collegas. Soms ook in wel eens in bluejeans en een wit hemd ....

Contact graag per mail over leo.lauwers@gmail.com

07.11.2013 - 13:39:59 hombrouckx ivan
Lees het verslag van Ivan Hombrouckx op deze pagina

ivanhom@gmail.com

Code à introduire

In te geven kode